Home / Blog / De terugslag van het recht om vergeten te worden

De terugslag van het recht om vergeten te worden

LATER LEZEN

DeleteAmerikanen en Europeanen denken heel verschillend over privacy en internet. Dat bleek uit de reacties op de recente uitspraak van het Europese Hof over Google, naar aanleiding van een verwijderverzoek van een Spaanse advocaat. Hij bereikte het tegenovergestelde van vergeten worden en de uitspraak stimuleert bovendien de fragmentatie van internet. De advocaat, Mario Costeja González, had een flinke aanvaring met de Spaanse belastingdienst. De belastingdienst wilde zijn huis gedwongen verkopen om zijn schuld te innen. Dat was in 1998 nieuws, en toen schreven de lokale kranten over deze fiscale botsing. De kwestie is later opgelost. Echter, wie nu de naam van deze persoon intypt in Google vindt bovenaan de lijst met hits verwijzingen naar dit oude nieuws. De betrokkene ervaart dit als een schending van zijn privacy en eist verwijdering van de informatie.

Recht om vergeten te worden
Het Europese Hof komt tot een interessante uitspraak, samengevat in een buitengewoon helder en leesbare persbericht. De privacy, in dit geval ook wel het ‘recht om vergeten te worden’ genoemd, heeft voorrang boven de vrijheid van meningsuiting. Jeff Jarvis schreef op Twitter: “EU’s ‘right to be forgotten’ is a blow against free speech”.

Google is teleurgesteld omdat de balans naar de verkeerde kant was doorgeslagen, aldus Eric Schmidt. De Europese Commissaris voor Justitie Viviane Reding verwelkomde de uitspraak als een bescherming van de privacy. Op Facebook schreef ze: “The ruling confirms the need to bring today’s data protection rules from the ‘digital stone age’ into today’s modern computing world”.

De Commissie is van mening dat individuen controle hebben over hun persoonlijke informatie; ze zijn de eigenaars van die informatie. Dit betekent dat ze het recht hebben om een data-controller te verbieden bepaalde informatie verder te verspreiden en er naar te linken. Je zou daarom kunnen spreken van een soort pseudo anonimiteit, of een ‘recht om vergeten te worden‘.

Irrelevante informatie
Het Hof maakt een afweging tussen de vrijheid van meningsuiting en privacy en betoogt dat in dit geval de informatie omtrent de persoon geen enkel redelijk doel dient. De informatie is niet meer relevant en verwijzing naar de informatie kan achterwege blijven.

Het Hof kent dus geen breed recht op vergeten toe, maar een beperkt recht. Alleen in het geval waar het gaat om informatie die irrelevant is. Dat wil zeggen: wanneer “deze gegevens ontoereikend, niet of niet meer ter zake dienend of bovenmatig zijn ten aanzien van het doel waarvoor zij zijn verwerkt en de verstreken tijd“.

Een tweede beperking in het oordeel van het Hof betreft het voorkomen van misbruik. Publieke persoonlijkheden (politici die iets uit hun verleden willen verbergen), kunnen zich hier niet zondermeer op beroepen, evenals privépersonen met informatie die weldegelijk maatschappelijk van belang is. Dit oordeel is een uitwerking van de Europese data beschermingsrichtlijn (95/46/EG) uit 1995, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen media, met ‘journalistieke doeleinden’ en databeheerders.

Voor databeheerders als Google geldt in tegenstelling tot de media een andere zorg voor de privacy. En daarom moet Google de link te verwijderen, maar de kranten hoeven de informatie niet uit hun online archief te verwijderen. Maar toch, geldt dat ook als ik de links op mijn blog zet? Of als ik de link via Twitter verstuur? Opnieuw naar Luxemburg, denk ik.

Weten versus vergeten
In de VS zou een dergelijke afweging weinig kans maken vanwege de sterke positie van de ‘First Amendment’. Google kan zich niet achter zijn Amerikaanse origine verschuilen. Het Hof meent dat ondanks dat de informatie op Google servers niet in Europa staan, Google wel degelijk hier een verantwoordelijkheid draagt, omdat het met Europa zaken doet.

Tegenover de prioriteit van het Amerikaanse recht om te weten stelt de EU juist het recht om te vergeten. Moeten we altijd alles nog precies weten, of kan een misstap je hele leven je worden nagedragen? Misschien maakt dit het sociale leven wel wat eenvoudiger en gelukkiger als we niet alles weten wat er gebeurt, aldus de reactie van Viktor Mayer-Schönberger, professor of internet governance and regulation at the University of Oxford’s Internet Institute.

Google’s redactionele rol
De uitspraak van het Hof is een verandering voor de positie van Google. In principe is Google een neutrale catalogus, de kaartenbak van de internet bibliotheek, die slechts verwijst naar de vindplaats van de informatie.

Als gevolg van de uitspraak krijgt Google nu ook een redactionele rol, namelijk vaststellen wanneer er geklaagd wordt of bepaalde informatie relevant, volledig en toepasselijk is. Overigens was er al een delete-afdeling bij Google, in verband met aantasting van het copyright door verwijzingen. Die afdeling kan nu worden uitgebreid, omdat een stortvloed aan verzoeken op grond van dit vonnis niet onwaarschijnlijk is.

De uitspraak van het Hof formuleert nauwkeurig hoe en wanneer de privacy en vrijheid van meningsuiting in evenwicht moeten worden gebracht. Praktisch journalistiek gezien is er best mee te leven. Principieel ligt het toch wat anders.

Fragmentatie van internet
Uitgaande van de catalogus rol van Google ik vind het wat ongemakkelijk als de bibliothecaris een deel van de catalogus voor bezoeker sluit omdat het niet (meer) relevant zou zijn. Dat maak ik liever zelf uit. Het verwijderen van links, hoe beperkt ook, zit mijn idee van journalistiek onderzoek behoorlijk in de weg.

Vervolgens is de vraag of dit een goede basis is voor regulering van het internet. Google zal namelijk eerst nagaan waar een zoekopdracht vandaan komt. Uit Europa, dan wordt de link niet getoond, maar in de VS is dat geen probleem. Op dit soort fragmentatie en feodalisering van het internet, waardoor een vrije stroom van informatie steeds verder wordt beknot, zitten journalisten toch niet te wachten. Erger is dat dit soort normering door de EU vaak als het begin van een globale standaard wordt gezien.

Streisandeffect
Deze uitspraak zal ook van toepassing zijn op andere zoekmachines die zaken doen in Europa: Bing en Yahoo bijvoorbeeld. Facebook en Wikipedia blijven voorlopig uit beeld. Wikipedia kan immers beschouwd worden als een journalistieke productie, en Facebook heeft al een mechanisme waarmee gebruikers informatie van zichzelf kunnen verwijderen. Ook Twitter geeft de gebruiker de mogelijkheid bepaalde tweets achteraf te verwijderen. Deze vooraf ingebouwde privacy controle door de gebruiker zelf lijkt me een betere benadering dan achteraf proberen de schade te herstellen via EU-richtlijnen.

Tot slot: heeft de klager nu ook gekregen waarom hij vroeg? Alhoewel de uitspraak van het Hof de klager gelijk geeft, is het resultaat precies het tegenovergestelde. Juist meer aandacht en meer verwijzingen. Dit is het zogenaamde Streisandeffect. Immers zijn zaak en de uitspraak van het Hof behoren nu tot het publieke domein en daarom is die verwijzing juist weer van belang.

Dit stuk verscheen eerder op De Nieuwe Reporter.

TAGS
DEEL DIT BERICHT