7 factoren die het Songfestival politiek maken
Zo’n beetje ieder jaar komt de vraag weer op: hoe politiek is het Eurovisie Songfestival? Gelijk wat de FIFA over voetbal voorschrijft, probeert de European Broadcasting Union (het samenwerkingsverband van de individuele, nationale omroepen) stellig vol te houden dat het ESF een “non-political event” is. Dat is natuurlijk wel, zie de winst van Oekraïne dit jaar.
In een blogpost voor Diggit Magazine, een groepsblog rond cultuurstudies van Tilburg University, schrijft masterstudent Beatrijs de Coninck de verschillende manieren waarop het Songfestival politiek is. Ik gebruik hier haar argumenten als basis, herschreven en aangevuld met eigen duiding.
1. De oorsprong van het festival is politiek
Een van de doelstellingen van de bedenkers was het bevorderen van pan-Europese samenwerking,
2. Eurovisie wordt nu eenmaal gebruikt als platform voor diversiteit en LHBTQI+ inclusie
Het zijn bezoekers en kijkers die deze betekenis geven, met regenboogvlaggen en glitter, schrijft De Coninck. Dat klopt. Betekenisgeving is vrij. Vergelijk het met de racistische lading die het merk Lonsdale kreeg omdat extreemrechtse groepen zich deze kleding toe-eigenden. Lonsdale had daarin niets meer te willen.
3. Landen vormen stemblokken
Natiestaten met een vergelijkbare cultuur of geschiedenis stemmen op elkaar in een stemblokken. Die kunnen ontstaan op basis van expliciete afspraken of ‘spontaan’ vanuit culturele gelijkheid, uit beide gevallen spreekt politieke gezindheid.
4. Teksten kunnen politiek zijn
Slechts twee keer werden inzendingen geweigerd omdat ze al te openlijk politiek waren: in 2009 mocht Georgië niet meedoen van hostland Rusland vanwege anti-Poetin-teksten, in 2021 stond Nederland de inzending van Witrusland niet toe vanwege hun steun voor president Lukashenko. Vaak zijn teksten subtiel politiek: voldoende duidelijk voor iedereen om te snappen waar het werkelijk om gaat, maar ook voldoende vaag om toegestaan te worden.
5. Niet gaan is een politiek statement
Turkije doet al sinds 2013 niet meer mee met het ESF, Hongarije vanaf 2019. Niet gaan is een statement, zelfs als er nooit een officiële verklaring is gegeven.
6. Deelname van landen leidt tot politiek protest
Israël was gastland in 2019. De IJslandse inzending Hatari toonde tijdens de puntentelling een spandoek met ‘Free Palestine’. Zulk protest is niet tegen te houden, ook niet met boegeroep – wat natuurlijk ook weer politiek is. Ook de winst van dit jaar voor Oekraïne heeft natuurlijk alles te maken met sympathie voor dat land en afkeer van agressor Rusland.
7. De organisatie bedrijft politiek, bijvoorbeeld op taal
Regels zijn nooit neutraal, er worden afwegingen gemaakt. Zo kunnen we de beslissing om te formaliseren dat landen in hun nationale taal moesten zingen (in 1965, daarvoor was het geen formele regel) niet los zien van taalpolitiek en onderlinge verhoudingen, evenals de beslissing om met halve finales te werken waarbij de grote 5 (Frankrijk, Duitsland, Italië, Spanje en het VK) zich niet hoeven te kwalificeren.