Home / Blog / De verschillen tussen multimediaal – crossmediaal – transmediaal

De verschillen tussen multimediaal – crossmediaal – transmediaal

LATER LEZEN

Tien jaar geleden was het echt een buzzwoord: transmedia, liefst samen met het toen al even hotte storytelling: transmedia(al) storytelling. Journalisten en andere mediamakers zouden hun boodschap in de vorm van een verhaal moeten brengen. Dat zouden ze niet alleen in een krant of televisieprogramma moeten vertellen, maar over verschillende media heen.

Vorm en kanaal
Inmiddels is die hype gaan liggen, maar de termen multimediaal – crossmediaal – transmediaal zie je nog regelmatig opduiken. Ze lijken inwisselbaar, maar dat zijn ze niet. Ik volg hier de uitleg van mediawetenschapper Kevin Moloney. Het verschil zit volgens hem steeds in de vorm die een mediatekst kan aannemen, dus is het een boek, film, serie, game, comic, etc. Iedere vorm heeft eigen regels en kenmerken. Zo kan je een televisieserie heel goed een personage uitdiepen en kan je in een comic makkelijk en goedkoop een wereld schetsen.

Daarnaast verschillen multimediaal – crossmediaal – transmediaal in de gebruikte kanalen. Het gaat dan om distributie: is iets te zien in een krant, op televisie, in een museum, op een PC of game-consule, in de bioscoop? Die kanalen hebben vaak eigen vormen, maar die overlappen niet volledig. Series zie je vooral op televisie maar ze kunnen ook via YouTube gedistribueerd worden.

Multimedia = één verhaal in verschillende vormen via één kanaal. Een krant kan een multimedia-productie maken, met beeld, geluid en tekst. ‘Snowfall’ (2012) van The New York Times is een van de beroemdste journalistieke multimedia-producties.

Crossmedia = één verhaal via verschillende kanalen. Reclamemakers zijn hier heel erg goed in. Coca-Cola vertelt je in een campagne voor televisie en printmedia exact dezelfde boodschap, met ongeveer hetzelfde beeld en dezelfde tekst en slogan.

Transmedia = één verhalenwereld met veel verhalen in verschillende vormen via verschillende kanalen. Het makkelijkste voorbeeld hier zijn de werelden van StarWars en Marvel. Het MCU (Marvel Cinematic Universe) is een zorgvuldig opgebouwde verhalenwereld waarin een groot aantal superhelden elkaar soms tegenkomt. Het speelt zich niet alleen af in comics en films, maar ook in televisieseries. Een belangrijke naam in de conceptualisering en onderzoek naar transmediaal storytelling is Henry Jenkins, zie hier zijn uitleg ervan.

Kosten en baten
Multimediaal – crossmediaal – transmediaal hebben zo hun eigen voordelen maar ook hun kosten. Met transmediaal storytelling bereik je grotere publieken maar is het wel noodzakelijk partnerschappen aan te gaan. We zien dat Disney hier heer en meester is: het bedrijf bezit zowel StarWars als Marvel. De juridische strijd om de rechten over de verschillende superhelden is een hevige waar veel op het spel staat: het publiek vindt het geweldig om de bekende helden samen te zien en betaalt daar grof geld voor.

Nu, tien jaar na de hype, is het opmerkelijk om te zien hoe weinig kranten eigenlijk doen op transmedia-vlak. Dat zal ongetwijfeld te maken hebben met die partnerschappen. Als voorbeeld: liever ontwikkelt NRC Handelsblad eigen podcasts dan samen te werken met een podcastuitgever als Dag & Nacht Media. Daardoor hoor je in de podcast Haagse Zaken redacteuren ongeveer dezelfde verhalen vertellen als die zij opschrijven in de krant – wat het meer crossmedia maakt, dan transmedia.

DEEL DIT BERICHT