‘Kaolo’ is net als ‘kapot’: over versterkers in straattaal
In januari ging een TikTok-video van Roué Verveer viraal [nieuwsbericht] over het veelgebruikte straatwoord kaolo. In het Surinaams betekent het ‘poepgat’, een scheldwoord dat je niet zomaar gebruikt stelt Verveer. Het filmpje werd meer dan 60.000 bekeken en ook op andere plekken gedeeld. “Eindelijk iemand die het zegt”. Maar taal is niet statisch en straattaal al helemaal niet.
Taalwetenschapper Khalid Mourigh legt in een eigen video uit dat de betekenis van kaolo verandert is:
“Hij heeft natuurlijk helemaal gelijk als hij zegt dat het een heel vies woord is in het Surinaams. Maar tegelijk moet je er wel rekening mee houden dat veel woorden in straattaal een andere betekenis krijgen. Je ziet in straattaal heel veel Sranantongo … alleen kaolo betekent niet meer precies hetzelfde als in het Surinaams. Je kunt het eigenlijk vergelijken met het woordje ‘kapot’, dat heeft een beetje een negatieve betekenis. Dan kunnen je zeggen ‘ik heb er kapot veel’, dat werd een paar jaar geleden veel gebruikt in straattaal.”
De meeste jongeren, zegt Mourigh, kennen de betekenis van kaolo in het Surinaams niet, net zoals met bepaalde straattaalwoorden die afkomstig zijn uit het Marokkaans. Vaak dienen die, net als kapot, als versterker bij een bijvoeglijk naamwoord: hayek bijvoorbeeld, of het al wat oudere izjen. Elders schrijft Mourigh daarover:
“Als je zegt ‘Ik geef hem izjen stoot’ dan klinkt dat veel stoerder. … Het interessante is dat [zulke woorden] inhoudelijk niet zoveel aan een gesprek toevoegen. Waarom gebruiken jongeren de woordjes dan toch? De Berberoloog Maarten Kossmann stelt in een artikel dat Marokkaans-Nederlandse jongeren de woordjes vooral gebruiken in een ironische context, vaak als zij op een lichtzinnige manier met elkaar praten. Dat is ook een kenmerk van straattaal.”