Home / Blog / Blootstelling aan achtergrondtv

Blootstelling aan achtergrondtv

LATER LEZEN

Alle interesse in ‘digital natives’ ten spijt, televisie is nog steeds het meest dominante medium. Uit een recente studie [abstract] blijkt dat Amerikaanse kinderen 232 minuten per dag worden blootgesteld aan achtergrondtelevisie, dat wil zeggen dat de tv aanstaat terwijl het kind iets anders doet, zoals spelen of eten. De onderzoekers stellen dat dit slecht is, omdat er een negatief verband zou zijn tussen achtergrondtv en aandacht voor spelen, de kwaliteit van ouder/kind-intereactie en cognitieve ontwikkeling. Deze variabelen zijn echter niet onderzocht in deze studie.

Methode
Er zijn 1454 ouders telefonisch ondervraagd. Ze moesten onder andere 24-uursdagboek beantwoorden over ofwel een typische weekdag ofwel een typische weekenddag. Dat ging zo:

“I would like you to think about what your child did yesterday [or other typical day if parent indicated different day as typical]. I’m going to fill out a time diary to detail your child’s entire 24-hour day. For some of the activities that you mention, I will ask related follow up questions. We would like you to include activities such as grooming, eating, sleeping, and traveling from place to place.” The interviewer then asked the first question, “Let’s start with 12:01 AM on [insert day]. What was your child doing? And what time did it end?” Up to 2 activities could be reported for any given time slot. … For each activity (with the exception of when the child was not in the same location as the parent, or when the child’s primary activity was watching television), parents were asked “was there a TV on in the background while CHILD [insert activity]”

Resultaten
Televisie op de voorgrond, dus als primaire activiteit, beslaat ongeveer 80 minuten per dag voor Amerikaanse kinderen onder de 8 jaar. Televisie op de achtergrond neemt bijna drie keer zoveel tijd in beslag. Hoe jonger het kind, hoe meer blootstelling aan achtergrondtelevisie. Kinderen van African-American ouders, van laagopgeleide ouders en van alleenstaande ouders ervaren ook meer achtergrondtelevisie.

Implicaties
Dit onderzoek laat verschillende dingen zien. Ten eerste worstelen communicatiewetenschappers nog steeds met het meten van blootstelling aan media. Methodologisch is dit ingewikkeld: hoe betrouwbaar is het nagaan van activiteiten met schatting van minuten? Daarnaast is het conceptueel lastig: wat is blootstelling aan tv nu precies? Ten tweede laat het een bias van onderzoekers zien: televisie is slecht, punt. De resultaten wijzen vooral op een sociologisch probleem: blijkbaar speelt televisie een andere rol in gezinnen uit de lagere klasse. Het probleem lijkt niet bij televisie te liggen, maar bij de aandacht die er is voor kinderen. De mediapsychologische benadering van dit onderzoek is daar echter blind voor.