Home / Blog / Mediawijsheid is een instrument voor het behoud van de status-quo

Mediawijsheid is een instrument voor het behoud van de status-quo

LATER LEZEN

mad-menThe Society of the Spectacle is een invloedrijk boek uit 1967 van de Franse filosoof Guy Debord. Debord bekritiseert de consumptiemaatschappij vanuit Marxistisch perspectief. In een recent artikel [abstract] neemt Jan Teurlings van de Universiteit van Amsterdam de spektakelmaatschappij onder de loep en vraagt zich af in hoeverre deze analyse nog steeds van toepassing is op onze samenleving. Zijn analyse is bijzonder bruikbaar om hedendaagse fenomenen te begrijpen.

Uitleg spektakelmaatschappij
Volgens Debord is die consumptiemaatschappij iets nieuws. Hij stelt dat er vroeger productieve en gedisciplineerde arbeiders nodig waren. De consumptiemaatschappij daarentegen vraagt om hedonistische maar passieve consumenten. Zij vervullen netjes hun functie en vormen geen bedreiging voor de status quo. De manier waarop worden zulke consumenten worden gevormd (Teurlings gebruikt de term interpelleren van Althusser) is door het spektakel van de entertainmentsector.

Daarin worden normale producten tot een spektakel gemaakt: objecten om naar te kijken. Voorbeelden zijn een cappuccinomachine (die je daarom meestal prominent ziet staan in cafés) of de verpakkingen van eten met onderhoudende informatie erop. Ook niet commerciële dingen worden een spektakel, bijvoorbeeld de kostuums die men op vrijgezellenfeestjes draagt. Debord schrijft:

In societies dominated by modern conditions of production, life is presented as an immense accumulation of spectacles. Everything that was directly lived has receded into a representation.

Het spektakel is volgens Debord een ideologisch mechanisme dat mensen verhindert controle over hun leven te krijgen. Het spektakel zorgt voor separatie: productie wordt gescheiden van consumptie. Debord wantrouwt representatie omdat hij het ziet als een middel van vervreemding.

Slimme kijkers van reality
Sinds de jaren ’60 is onze maatschappij sterk veranderd. Teurlings oppert daarom de term machinatiemaatschappij , die hij ontleent aan Mark Andrejevics werk over reality-tv. Reality nodigt kijkers uit een ‘slimme’ kijkpositie aan te nemen. De kijker doorziet dat reality een productie is; hij kan doorzien wat er gebeurt. Voorbeelden van zulke kijkposities zijn ‘hij zit in dit programma omdat ze nog een homo nodig hadden’ of ‘deze pittige kandidaat zit erin om de kijkcijfers tegenvielen’. De kijkers zijn dus bezig met de productielogica achter televisie. Dit wordt beschreven als een ‘postmoderne fascinatie met oppervlaktes en de machinerie die hen voortbrengt’.

Op het eerste gezicht lijkt deze kijkpositie heel kritisch en progressief. Maar volgens Andrejevic is het tegenovergestelde het geval: het commerciële model wordt namelijk gezien als een vaststaand gegeven. ‘Alles is gemanipuleerd’ is geen echte kritiek, maar een conservatieve uitspraak die daadwerkelijke kritiek onmogelijk maakt. Teurlings citeert Andrejevic (2004: 135): “it retains the status of an ahistorical given – a brute force of nature: as amoral as an earthquake”.

Transparantie als bevestiging
Teurlings stelt dat Andrejevics ideeën ook breder toegepast kunnen worden. Zo heeft iedere DVD tegenwoordig een ‘behind the scenes’. Programma’s als Pop Stars en The X Factor laten expliciet zien hoe de entertainmentindustrie werkt. Restaurants met open keuken tonen het kookproces. Kranten schrijven uitgebreid over spindoctors. Front- en backstage vervagen zo en de machinerie wordt sterk op de voorgrond geplaatst.

Mad Men is hier een uitstekend voorbeeld van. De serie zet hoog in op esthetiek, kent vele secundaire teksten (uitgebreide interviews met de makers bijvoorbeeld) en gaat bovendien over de werking van de reclamewereld. We zien dus de machinerie van de consumptiemaatschappij. Maar tegelijkertijd verheerlijkt de serie consumptieproducten, verheerlijkt de serie zelfs de reclame-industrie: we kijken op tegen Don Drapers briljante slogans.

Ontoereikende kritiek
Volgens Teurlings gebruiken zowel de spektakelmaatschappij als de machinatiemaatschappij ideologie om de status quo te bewaren, dit effect wordt alleen op andere manieren bereikt. Het spektakel is gebleven. De kritiek op de werking van het spektakel is opgenomen in de machinatiemaatschappij :

“those that do not want to be duped by appearances are frantically analysing how the appearances have been produced; but in doing so they miss the point” (p. 521).

We weten allemaal hoe het werkt, maar we bekritiseren die werking nooit echt. Daarmee zijn we volgens Teurlings politiek passief – zombies zelfs. Dit komt omdat we maar één element van Debord hebben overgenomen, de kritiek op het inauthentieke. Zijn kritiek op het kapitalisme als systeem van uitbuiting is genegeerd. De scherpe kantjes zijn er dus af, het is kritiek op het artistieke zonder kritiek op het sociale. Dat heeft het ook mogelijk gemaakt dat voormalige hippies kapitalisten konden worden (zie Steve Jobs).

De oplossing van Teurlings is eenvoudig: we moeten de politieke economie onder de loep nemen: welke contracten moeten Idols-kandidaten tekenen? Hoe lang moeten chefs werken in zo’n open keuken? Hoeveel verdient Mad Men aan product placement?

Bruikbaarheid
Het artikel van Teurlings is wellicht zware kost voor leken, maar zijn analyse is belangrijk en bruikbaar. Het verklaart bijvoorbeeld waarom iedereen het eens lijkt te zijn over het slechte schoonheidsideaal in modebladen, maar waarom daar nooit iets aan verandert. Het helpt ons ook te begrijpen waarom hipsters zo gefascineerd zijn door het authentieke, maar toch gretig Apple-producten consumeren.

Het idee van de machinatiemaatschappij is problematisch voor het onderwijs mediawijsheid. Een doel daarvan is immers leerlingen te leren de werking van de media te doorzien. Mediawijsheid is echter bedoeld als een a-politiek concept (dat overigens vaak wordt voorgesteld om de industrie expres buiten schot te houden, zie dit stuk). De voorstanders ervan zullen zeker niet willen dat het gegeven wordt met het extra vleugje Marxisme dat volgens Teurlings nodig is om tot werkelijk kritiek te komen. Daarmee heeft Teurlings, zonder overigens deze term zelf te noemen, mediawijsheid ontmaskert als instrument van de status quo.

DEEL DIT BERICHT